Green Island Blog

zaterdag 4 december 2010

Niet over rozen ging de reis

Zaterdag 4 december te lezen in de Telegraaf: Passagiers overnachten op Schiphol om sneeuw.
Vanwege de overvloedige sneeuw in combinatie met venijnige stormscheuten werd een groot aantal vluchten geschrapt. Waaronder die naar Athene. Ik had bedacht op zaterdag weer terug naar Corfu te keren, na een verblijf van vier weken onder de Nederlandse 'zon'.

Die ochtend glibberde ik door sneeuwblubber mijn laatste ritje in de zeer prettige Peugeot 306 (Bedankt Jan & Antoinette!) die mij probleemloos naar en door Nederland bracht, terzijde gezeten door een somber ogende Mirjam. Enerzijds natuurlijk vanwege het naderend afscheid, maar toch ook wel omdat zij andere hobby’s heeft dan het besturen van een vehikel van 1300 kilo over spekgladde wegen, waarbij het zicht door een felle blizzard beperkt wordt tot enkele meters.
Na de laatste langdurige knuffel zie ik haar langzaam opgaan in de asgrauwe wereld die Nederland op dat moment is. Dubbel gevoel. Daar gaat mijn lief, maar ik heb ook wel veel zin om terug te gaan naar Corfu. Het liefste nam ik haar mee. Ik spoed mij naar binnen, blij dat ik voorlopig weer even van het Hollandse weer verlost ben. Wil je geloven dat ik er niet meer tegen kan? Man, als ik buiten kwam en die wind om me heen voelde graaien terwijl ijskoude vlokken zich in mijn ogen drongen, dan dacht ik: hoe kunnen die mensen zo leven? Terwijl ik postbode ben geweest!

In Departures 1 staat een enorme rij te wachten, maar ik kan zomaar doorlopen. Aan het loket van Olympic is het namelijk heel rustig. Dat is een meevaller!
Wat een tegenvaller is, om niet te zeggen zorgwekkend, mijn koffer is zeven kilo te zwaar. Nou is dat voor mij persoonlijk een ideaal, maar de meneer van incheck verwijst mij naar een strafloket waar ik rechtstreeks boete kan doen. Die zes flessen jenever gaan meer kosten dan mij lief is.
Nauwlettend houd ik in de gaten wat het aardige blondje allemaal op het formuliertje schrijft. Ik meen 16 te zien en denk pfoeh. Ik zag het goed, zestien euro …. per kilo! Of ik even 112 euro wil neertikken. Drank maakt meer kapot dan je lief is. In gedachten geef ik mezelf een stomp voor mijn kop en betaal met een verwrongen bek. Met vreselijk de pest in ga ik op zoek naar Gate B15.
Daar aangekomen probeer ik met Sudoku en verzwegen gevloek die 112 euro te vergeten. Moeilijk, als een bandje om de tien seconden roept: Watch your step! Ook een daar neergestreken gipsyband die spontaan muziek begint te maken, kan mijn gemoed niet verbeteren.
Dan krijg ik te horen dat de vlucht vertraagd is en dat er regelingen zijn getroffen voor mensen met aansluitende bestemmingen. Ik bereid me voor op een overnachting in Athene. Tien minuten later hoeft dat al niet meer, de vlucht is geannuleerd. Of we onze bagage weer van de band willen halen en ons daarna vervoegen bij het Olympic loket. Ik zie mogelijkheden om die 112 euro terug te verdienen.

Na omgecheckt te zijn - morgen doen we een nieuwe poging - en heel lang wachten daarna, worden de gestrandden door een medewerkster naar de bus geleid die ons naar een hotel zal brengen. Ik met de besten mee, de eersten dus, en toch de dame kwijt geraakt. Zoals de meesten, zou Godzijdank later blijken. Ik klauter nietsvermoedend achter een aantal anderen aan in een stampvolle bus waar meer mensen met koffers instappen en laat me vervoeren. Komen we na een kwartier winterse landschappen aan bij een van God en Alleman verlaten gebouwtje in een landschap waar Finland hartje winter bij verbleekt. Een triester gevoel heeft zich nooit van mij meester gemaakt als ik de locatie zie. Ik dacht aan een fancy superhotel met diner, ontbijt en alle schnapps die je maar kan wensen. Dit lijkt er niet op! Ik twijfel, maar word door andere busgebruikers gemaand de bus te verlaten. Je moet er echt uit hier hoor!, zegt een man met een koffer als een jukebox. Hij ziet er betrouwbaar uit, dus ik geloof hem, al kriebelt er iets dat dit niet mijn bestemming is. Ik loop achter anderen aan, de hoop grauwe stenen binnen. Daar wacht slechts een machine waar men kan betalen. Sommigen proppen hun creditcard in het helse apparaat. Anderen staan - net als ik - verdwaasd om zich heen te kijken. This must be hell. In the middle of nowhere in een sneeuwlandschap dat een long-term parkeerterrein blijkt te zijn, met alleen een apparaat waarin je een eerder daaraan onttrokken parkeerkaart kunt duwen. Geen te dure zak M&M's, onbetaalbare fles lauw water, koud saucijzenbroodje of worstje zo oud als Sinterklaas' reet. Niets! Het wordt mij duidelijk dat ik of:
in de verkeerde bus zat, of
te vroeg ben uitgestapt.
Gelukkig komt er vanuit de sneeuwbuien een nieuwe bus aan, met een zeer vriendelijke en behulpzame allochtone (mag ook wel eens gezegd worden) chauffeur. Ik leg hem mijn situatie uit, zeg dat ik alleen op de wereld ben en niemand heb die van me houdt. De paniek moet duidelijk van mijn gezicht te lezen zijn, want hij pinkt een traan weg en zegt dat deze situatie opgelost moet worden. Al weet hij niet hoe. Wel mag ik met hem meerijden naar Schiphol. Een engel als buschauffeur! Nu maar hopen dat er nog iemand aanwezig is bij de Olympic balie.
Weer aangekomen bij de vertrekhal geef ik de chauffeur een knaak (oudHollands voor twee euro vijftig) en raad hem aan daar een bak koffie voor te kopen. Beter niet op Schiphol, dat redt hij niet. Ik bedank hem hartelijk voor saving my life en spoed mij door de vrolijke en luisterrijke wereld die Schiphol heet. Shit, weer met de volle porrie naar boven.
Departures 1. Er bestaat nog geluk, dezelfde vadsige knul met fout kapsel zit nog achter de Olympic balie. Met mijn meest onbenullige blik - mensen krijgen altijd medelijden als ze denken dat je simpel bent - beken ik dat ik de bus naar het hotel gemist heb. Hoe dat in Godsnaam mogelijk is, vraagt Fats bars. Ik weet niet waar het fout ging, jammer ik, maar het is ongetwijfeld mijn fout. Hij wil net tegen mij uitvaren als er een driftige Griekse lotgenoot aan komt lopen en met stemverheffing vraagt waar the f*ck die bus blijft. Er staan, aldus de Griek, nog veertig f*cking gestrandde passagiers in de f*cking cold te wachten op de f*cking bus! I'm not alone, neurie ik zachtjes Michael Jackson’s hit.
Ah, daar komt het mevrouwtje die ons naar de bus zou brengen toevallig ook aan wandelen. Zij krijgt van haar manager de wind van voren en een spontane hoestbui bij het vooruitzicht nog eens met de hele club in de jachtsneeuw te moeten wachten op een bus.

En toen zat ik dus op mijn tweepersoons kamer in Hotel Artemis (heel toepasselijk genoemd naar de Griekse godin van de jacht) te internetten, met een inmiddels halflege fles jenever naast me en ingelukkig. Omdat:
- ik niet de enige sukkel was, en
- een overload aan jenever, en
- het vooruitzicht om een lekker diner te scoren, en
- ik kon kiezen uit het linkse of het rechtse megabed.
Reden tot zorg is wel mijn koffer, die moet lichter. Ik heb geen zin nog eens tegen een dergelijk zweetbriefje aan te lopen. De voorraad jenever was de grootste zwaargewicht, die moet ingekrompen worden. Maar mag niet in de handbagage. Ik schenk nog maar eens in.
De Gelderse rookworsten, balen zuurkool, dozen drop en andere lekkernijen gaan als handbagage. Het gaat te ver om het allemaal op te eten (het meeste is om weg te geven), dus prop ik ze in een C1000 tas.

De volgende dag om negen uur in de morgen worden we weer opgepikt. Ik heb me al om zeven uur laten wekken. Ik ben namelijk gek op uitgebreid ontbijten in hotels. En - het diner van de avond ervoor had al in die richting gewezen - ik kwam niet bedrogen uit. Het was heerlijk en overvloedig.
Nog even kijken of er meer uit de koffer kan. De plastic tas zit bijna helemaal volgepropt. Met kunst en vliegwerk kan ik die bovenop de trolley houden. Over handbagage doen ze lang niet zo moeilijk. Ik til de koffer en dat gaat met een pinkje. Voor de zekerheid hevel ik nog een paar onderbroeken over. Nu moet het lukken! Zal ik nog een borrel nemen op de goede afloop? Toch maar niet, het moet nog negen uur worden. Als dank laat ik de bijna lege fles jenever achter op de kamer.
In opperste stemming wandel ik later Schiphol binnen en zie een enorme rij voor de balie staan. Het is nu dubbelop natuurlijk. Ik besluit iedereen voor te laten gaan en zelf een boek te gaan lezen. Als ik als laatste aan de beurt ben, heb ik de voorlaatste plaats in het vliegtuig. Raam of middenpad meneer?
Als ik mij bij douane vervoeg bedenk ik mij met een schok dat ik mijn cameratas met alles er in, in het hotel heb laten staan. Ik hoor mijn schoonzoon al zingen: Ik heb in mijn leven heel wat lullen ontmoet. Dat hij dit mailtje maar niet onder ogen krijgt.
Met mijn laatste harde euro’s, de rest is papier, kan ik Mirjam nog net bellen. Gosh, die munttelefoon (de laatste in Nederland?) is hongeriger dan Super Schredder! Ik blaf het kamer- en telefoonnummer door en hoor de gulzige telefoonstem alweer roepen: Meer, meer! Weer drie euro naar de vanen, maar de boodschap is duidelijk: Mirjam weet dat ze achter mijn broodwinning aan moet. En ik snap nu dat er mensen zijn die vitale dossiers, Stradivariussen, lichaamsonderdelen en tassen met geld in de bus laten staan.

Het is allemaal goed gekomen. De volgende dag al kon Mirjam mijn camera ophalen. Geen punt, op maandag en dinsdag werkt zij op een steenworp afstand van hotel Artemis.
Ook de 112 euro krijg ik weer terug van Olympic. Het feit dat er gelijk een dag na mijn mailtje al iemand belde, is veelbelovend.
Ook de aansluitende vlucht naar Corfu mocht ik halen, al moest ik wel drie tientjes betalen voor een nieuw ticket en was ik de laatste die nog snel de bus in glipte om naar het vliegtuig vervoerd te worden.
De aardige taxichauffeur op de luchthaven hielp met koffers inladen en heeft mij niet opgelicht.
En Penny, van ons favoriete restaurantje, was zo blij mij weer te zien, dat ik na een heerlijk maal zonder te betalen de straat op werd geschopt.

1 opmerking:

  1. Sja, je camera vergeten... dat vraagt bij mij toch wel om een reactie ;-)
    Het was leuk om jullie beter te leren kennen.
    Het lijkt me vreselijk om al zo'n lange tijd gescheiden te zijn van je grote liefde, zoveel kilometers afstand ertussen.
    Ik hoop dat jullie snel weer herenigd zijn en het dan samen goed gaan krijgen daar in Griekenland.

    Groetjes,
    Eveline

    BeantwoordenVerwijderen