Green Island Blog

zondag 17 april 2011

Daar komt de bruid!

Onlangs smaakte ik het genoegen om met een goede vriend op een terrasje aan de Espianade te zitten. We hadden een werkbespreking die we net zo goed over de telefoon hadden kunnen doen, maar dat is minder leuk. Dus spraken we af bij Olympia, gelegen aan een van de drukste plekken in Corfu stad. Het weer was heerlijk en we deden onze ogen tegoed aan in zomergoed gehulde Griekse schonen die het flaneren tot kunst hebben verheven. Voor ons op tafel stond voor elk een ouzo speciaal, zoals ik het gedoopt heb: een glas ouzo, een schaal ijsklonten, water en een bordje mezès, kleine Griekse hapjes met heerlijke patatten.
Ik heb altijd een hekel aan werkoverleg gehad, maar dergelijke omstandigheden maken het draaglijk. Om niet te zeggen dat ik er naar uit begin te zien.
Na wat zaken te hebben besproken, vertelde hij tussen een slok ouzo en een olijf door dat er een datum voor de bruiloft was geprikt. De bruiloft! Al maanden had ik hem hoofdschuddend aangehoord over de problemen die het met zich meeneemt als een Nederlander met een Griekse wil trouwen. De ambtenaar die met die portefeuille belast is, wiens voornaamste zorg het normaliter is of hij thee of koffie zal drinken, wordt ineens net zo vasthoudend als een zeepok en wil tot op de komma precies weten hoe de vork in de steel zit. Hoogtepunt van de pesterij was wel dat een bepaald document afgekeurd werd omdat een woordje niet in het Grieks vertaald was, namelijk zijn achternaam. Hoe bedoel je, spijkers op laag water zoeken?
Maar na een lange periode van smeken en soebatten konden de Griekse autoriteiten het dan toch echt niet langer meer traineren. Alle, maar dan ook echt alle papieren, documenten en vergunningen waren in 28 talen – van Sanskriet tot Taki Taki en alle moderne wereldtalen daartussen - beschikbaar gesteld door Stefan en zijn aanstaande. Niets stond een trouwdatum meer in de weg.
Dan is het een kwestie van het ijzer smeden als het heet is, want voor je het weet is er een wet bij gekomen of veranderd en moet de aanvraag weer opnieuw. Dat overleeft een voorgenomen huwelijk niet, dus of wij 13 april 2011 vrij wilden houden teneinde mee te delen in de feestvreugde. Nou, dat wilden wij wel.
Of ik dan ook zijn best man, oftewel getuige, wilde zijn. Tjonge, dat vond ik een hele eer. Wel heb ik hem moeten waarschuwen dat twee eerdere huwelijken waarbij ik ook getuige was, in een echtscheiding geëindigd waren. Nochtans was dat voor Stefan geen beletsel gebruik te maken van mijn diensten.

De avond voor de plechtigheid werd ik gebeld en zag ik de naam van Stefan in het schermpje staan. ‘Nee, ik ben het niet vergeten,’ riep ik terwijl ik opnam. ‘Jij misschien niet,’ antwoordde hij, ‘maar iemand anders wel.’ Zou de Griekse ambtenarenmaffia het dan toch weer voor elkaar gekregen hebben?, flitste het door mij heen.
Wat bleek? De nijvere ambtenaar belast met gemeentelijke zaken had zich wat verrekend of vergist en dus kon er geen sprake zijn van een trouwceremonie in het mooie raadhuis van Corfu. We moesten uitwijken naar een dependance. Tevens werd de plechtigheid een half uurtje opgeschoven. Toch wel attent dat je daar de avond van tevoren over ingelicht wordt. Voor hetzelfde geld kom je er op de trappen van het raadhuis achter dat je daar niet welkom bent en mag je de 600 wachtende gasten uitleggen dat je aan de andere kant van de stad moet zijn.
Het mocht de pret niet drukken. Alle genodigden waren ruimschoots op tijd op de plaats van handeling, zelfs de ambtenaar van de burgerlijke stand. Enige dissonant was een brutale Griek die zijn auto op de speciaal voor het bruidspaar gereserveerde plaats had geparkeerd. De slimme medewerker van de raadszaal had hier echter, door ervaring wijzer geworden, op gerekend en had een extra plaats beschikbaar.
Na inlevering van de paspoorten van beide getuigen werd een cassetterecordertje uit het jaar 1870 aangeslingerd en werd een krakende versie van ‘De Bruiloftsmars’ op volume burenoverlast ten gehore gebracht. Ondanks dit storende element werd de voltrekking van het huwelijk niet meer in gevaar gebracht. Al was het nog even spannend of Stefan wel het juiste antwoord zou geven op de vraag of hij bereid was Lydia tot zijn echtgenote te nemen. Ja is in het Grieks namelijk Nai, wat qua uitspraak zorgelijk veel lijkt op ons Nederlandse woordje Nee. Waarschijnlijk had hij geoefend, want voor de ambtenaar de vraag in zijn geheel gesteld had, beantwoordde hij de vraag in vloeiend Grieks met: Nai!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten