Green Island Blog

woensdag 6 januari 2010

Oh poh poh (1)

(Oh poh poh = Veel gebruikte opmerking op Corfu bij het zien van opmerkelijke, bizarre of weerzinwekkende voorvallen of zaken.)

Blaffende honden bijten niet. Zo luidt het spreekwoord tenminste. Als kind geloof je dat en ook later blijft dat idee intact. Vechtende honden onttrekken zich echter soms aan die regel, kwam ik op een pijnlijke manier achter.

Wat het motief was van Aiko, de hond van vrienden van ons, om onze hond Plati te benaderen en met zijn gezwollen lid stotende bewegingen naar haar achterkant te maken, was niemand duidelijk. Aiko is al jaren geleden ‘geholpen’ zoals dat zo mooi heet, al kan hijzelf natuurlijk twijfels gehad hebben over dergelijke hulp.
Feit is dat Plati op die ongelukkige middag niet van amoureuze bedoelingen gediend was. Zij maakte dit duidelijk maakte door haar gebit te ontbloten en woedend blaffend uit te vallen naar de haar glazig aanstarende reu. Deze jongeheer had wellicht een heel andere reactie verwacht van wat normaal zijn vriendin is, en ontstak, na zijn eerste verbazing overwonnen te hebben, eveneens in grote woede. Het volgende moment rolden beide honden grommend en grauwend over de grond. Het was een tafereel zoals je wel in tekenfilms ziet: zo’n ronddraaiende kluwen haar, met zo nu en dan wat blikkerende tanden tussendoor.
De menselijke toeschouwers keken ontzet toe naar de enorme kluit roterend haar en tanden. Schreeuwend probeerden wij onze honden tot bedaren te brengen, wat de vechtersbazen alleen maar leek aan te moedigen.
Nu had ik mij al eens eerder in een hondenonderonsje gemengd, toen Plati tijdens een wandeling werd aangevallen door een agressieve hond. Door een welgemikte trap tegen de ballen van Plati’s belager werd hem even alle lust tot wat dan ook ontnomen. Daarna kon ik de overvaller bij zijn nekvel grijpen en liet niet meer los.
Dat was toen. In de huidige omstandigheden vond ik het echter te ver gaan om ook deze keer Plati’s tegenstander te schoppen. Allereerst omdat zijn baasjes er bij stonden en dat zijn goede vrienden van ons.
Ten tweede omdat Aiko op eigen terrein was en Plati dus eigenlijk de indringer. Ik mengde mij dus sportief met blote handen in het geschil, wat een tijdje goed ging. Op een verdwaald hapje na kwamen mij armen telkens weer ongeschonden uit de haarkluwen. Tot Aiko de menselijke inmenging op den duur blijkbaar zat werd en zijn tanden in een willekeurig stuk vlees zette. Het volgende moment voelde ik een scherpe pijn in mijn linkerduim, waarna ik mij met hartgrondig AUW! snel onttrok aan de vijandigheden.
Fantastisch toch hoe snel een mens kan reageren, want ik zag mijn duim tussen de hondenkaken te voorschijn komen. Ik betwijfel of het een doelbewuste hap was. Wij kennen Aiko als een uiterst goedig dier dat altijd kwispelt als wij aankomen en bij wijze van afscheid nog altijd even snel een lik aan je handen geeft. Ik verdenk hem dus zeker niet van kwade opzet. Feit was dat door zijn ingreep mijn mooie duim op slag veranderd was in een zielige homp bloedend vlees.
De honden vochten ondertussen ongehinderd verder. Direct nadat hij mijn duim in tweeën beet, richtte Aiko zijn aandacht namelijk weer onverdeeld op zijn harige soortgenoot Plati.
Nu kan ik ook erg aanhoudend zijn, dus mengde ik mij weer in het gevecht, ondanks luide waarschuwingen van Aiko’s baasje. Een volgend moment lukte het mij om met mijn overgebleven hand een halsband te pakken te krijgen waarin de nek van Aiko zich bleek te bevinden. Eindelijk konden we de vechtersbazen uit elkaar halen. Langzaam keerde de rust weer en had ik tijd om mij op mijn hevig bloedende duim duim te concentreren.

Wildernis van pijn. De vlammen vlogen door mijn linker duimelot heen terwijl het bloed in een gestage stroom op de tegels drupte. Nu de adrenaline uitgewerkt is, dringt het in al mijn vezels door dat mijn linkerduim redelijk zwaar gewond is. Kolere, of hij tussen een waterpomptang heeft gezeten.
Het eerste aanzicht van mijn gekwetste vinger was niet eetlust opwekkend, al leek mijn duim nog wel het meest op een gebarsten vleeskroket. Waar Aiko zijn kiezen op elkaar had gekregen, gulpte rauw vlees onder de nagelriem vandaan. Uit een naastgelegen gat pompte ritmisch een stroom bloed. De duim was over de volledige breedte van de bovenkant open gescheurd. Ook aan de zijkant had het bloed vrije doorgang naar buiten. Onophoudelijk werden er gloeiende spijkers door dit kleine maar o zo vaak gebruikte lichaamsdeeltje heen geramd. De nagel kleurde fraai lila en lag zo los dat een vleugje wind voldoende was om hem eraf te waaien. Kortom, mijn linkerduim was een ravage.
Een hele keukenrol was niet genoeg was om het bloeden te stelpen en dus besloten we gezamenlijk naar een dokterspost te rijden. Komt bij dat een tetanusprik nooit weg is in dergelijke gevallen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten