Green Island Blog

dinsdag 14 september 2010

Nieuw leven (2)

Onze nieuwe medebewoner doet het uitstekend. Klein als ze is, neemt ze inmiddels toch een belangrijke plaats in het gezin in. Als zij het tijd vindt om wat te eten, te spelen of aandacht wil, begint ze te mauwen. Als we niet snel genoeg reageren dan zet ze het op een krijsen, zo hard en hartverscheurend dat we niet weten hoe snel we haar uit de studio moeten halen. Niet dat hier op Corfu de dierenbescherming ineens op de stoep zal staan omdat ze ingeseind zijn dat er een jonge kat aan gevild wordt. Volgens mij bestaat een dergelijke club niet op ons lekkere eilandje. Maar onze overburen, die op pakbeet zestig meter afstand wonen, zouden het smartelijk gejank eens kunnen horen en vervolgens foute conclusies trekken. Voor je het weet heb je een slechte naam.

Is de deur naar de vrijheid eenmaal geopend en hobbelt ze achter ons aan het huis in, dan is het nog niet goed voor de nieuwe wereldburger. Helemaal niet goed zelfs, want er moet wel gelijk gegeten worden. Anders had ik net zo goed in de studio kunnen blijven, lijkt ze voortdurend uit te schreeuwen. Rusteloos hipt ze achter je aan of loopt je voor de voeten om haar standpunt duidelijk te maken: Honger! En dus beginnen we dan haastig pap te mengen, water te warmen en brokken te weken. Je kunt van zo’n jong mormel tenslotte niet verwachten dat ze met de pot mee eet. Maar haast heb je om eten neer te zetten, want regelmatig klimt ze in je blote benen – vanwege het zomerse weer lopen we nog steeds in korte broek – omhoog. Niet echt een fijn gevoel, die kleine maar scherpe poezennagels in je been, die, als ze naar beneden dreigt te zakken, zich steviger in je vlees kerven. Pijnlijk zelfs, en dat is ook de bedoeling. Als na de eerste aanval het schaaltje met pap nog niet in aantocht is dan neemt ze een dreigende houding aan. Opschieten James, ik word doodmoe van dat gespring, is de boodschap. Jawel mevrouw, tot uw dienst mevrouw. Wees een arm zondaar genadig.



Het is een genot om die kleine stuiterbal gade te slaan. Het maakt haar niet uit wat er voorhanden is, ze speelt overal mee. Een dwarrelend blaadje, een oud draadje of een steeds groter wordend gaatje is een bron van entertainment. Net als een klein mensenkind gaat ze het ene moment helemaal op in het spel met een afgezaagde schroefkop van een bezem, om het volgende moment naar binnen te draven en zich vol overgave op een stukje groen binddraad te storten. Om dat plotseling geen blik meer waardig te keuren en haar aandacht op een oude krant te vestigen. Want dat is het mooiste. Voor deze seconde.
Dan is er nog haar hele grote broer, een oude pluche leeuw met enorme manen. Dat is pas echt feest man! Je kan je nagels er in zetten zoveel je wilt, Broer protesteert nooit. Lekker klauwen aan zijn grote bek, hij wordt nooit boos. Of zich verstoppen onder het grote lijf, tussen de reusachtige voorpoten, lekker boksen met de harige staart. Het mooist vindt ze het nog wel als ik haar van een meter hoogte op de grote harige kop van de leeuw laat vallen. Gelijk klauwen de nageltjes zich stevig vast om te voorkomen dat ze eraf stuitert en een smak op de grond maakt. Al is dat wel eens voor gekomen. Maar dat deert haar ook niet. Ze krabbelt overeind en juicht: Nog eens!



Haar beste speelobject is, tot groot ongenoegen van het speelobject zelf, Plati. Nota bene persoonlijk verantwoordelijk voor de gruwelijke dood van haar broertje, of misschien juist wel daarom, moet Plati zich elke keer maar weer de plagerijen van dat rooie mormel laten welgevallen. Ligt ze net rustig te slapen, wordt er ineens in haar staart gebeten. Dan weer voelt ze een paar ferme speldenprikken als die ramp op poten haar van achteren bespringt. Om over alle onverhoedse aanvallen op haar staart nog maar te zwijgen. En nooit is het genoeg hè? Het is om dol van te worden.
Het enige voordeel dat Plati van de nieuwe huisgenoot heeft, is zo nu en dan de leftovers van het kittenmaaltje te mogen opeten. Maar dat stelt helemaal niets voor, zo’n muizenbeetje. Volgens Plati is het boze opzet dat het rotbeest ook nog eens bijna niets laat staan. Nee, Plati heeft spijt als haren op haar hele lijf dat ze ook deze harige wanhoopsfactor niet in tweeën gebeten heeft. Zeker als ze die pluizige luciferkop ook nog eens in haar etensbak vindt. Life ain’t easy for a dog named Plati.

Ik moet ermee stoppen. Er klinkt al enkele minuten een klaaglijk geschrei uit de studio….

Geen opmerkingen:

Een reactie posten